Hèt netwerk van, voor en door Nederlandstaligen in Frankrijk - zegt het voort!
Naast de vele plaatsnamen waarin je het woord Moulin herkent als een molen - meestal watermolens, slechts zelden een windmolen - zijn er ook een groot aantal verborgen (water)molens in het Franse landschap te vinden. Namen als Choisel, Bécherel, Coquerel, Quincampoix: ze duiden zo goed als altijd op een watermolen, verdwenen of nog bestaand. Meestal gaat het om de naam van de molen of van het buurtschap bij de molen. In enkele gevallen is bij de molen een heel dorp ontstaan, en is de (bij)naam van de molen op de woongemeenschap overgegaan.
De namen Choisel en Choiseau komen in veel departementen als toponiem voor, naast een enkele gemeentenaam als Choisel (Yvelines). Oorspronkelijk is een choisel in het Oudfrans een wateremmer op het waterrad van een watermolen; een hele technische vooruitgang ten opzichte van oudere waterraderen met enkel een schoepblad. Choisel komt van het Laatlatijnse caucellum, 'beker'. Van zo’n enkele wateremmer is de naam overgegaan op de hele molen. De gemeentenaam Choiseul (Haute-Marne) is een fonetische variant en in Choisey (Jura) vinden we een afleiding met het achtervoegsel -acum – al wordt die plaats ook uitgelegd op basis van een persoonsnaam.
Bécherel (Ille-et-Vilaine) zou op ditzelfde idee terug kunnen gaan, op basis van het Laatlatijnse bicarius, met een achtervoegsel -ellus. Een wijder verbreide uitleg geeft echter een meer tot de verbeelding sprekende oorsprong: het Oudfranse woord bécherel of becquerel, dat een mannelijke variant is van becquerelle, 'kletskous, kwebbel'. De beeldspraak kan op twee manieren uitgelegd worden: het geluid van de watermolen of het feit dat het hele dorp elkaar bij de watermolen uitmoette en tijdens het malen van het graan tijd genoeg had om alle nieuwste roddels uit te wisselen. Béchereau in de gemeente Poigny (Seine-et-Marne), in 1214 molendinum de Becherel, is een variant en in Picardië wordt de -sj-klank een -k-: niet alleen bij Becquerel in de gemeente Blicourt (Oise), maar ook in Boiry-Becquerelle (Oise) of bij Le Moulin Becqueriaux in Bazuel (Nord).
Ook de naam Coquerel (Somme, oude vorm Cokerellum) kan gebaseerd zijn op een klanknabootsing: het Picardische coquerel of coquereau betekent 'jonge haan'. In het getiktak van de molen kan men – met een beetje fantasie – het geluid herkennen dat een haan maakt als hij zijn kippen roept. Net als Bécherel naast Becquerel, bestaat er naast Coquerel ook een vorm Cocherel (Seine-et-Marne) en in Boissy-le-Sec (Eure-et-Loir) komt al in 1130 een molendinum de Cocherel voor.
Quincampoix (Seine-Maritime), Quinquempoix (Oise) en vele buurtschappen en straatnamen met min of meer dezelfde spelling duiden ook watermolens aan. Het bijzondere van deze naam is dat het oorspronkelijk een zinnetje was: cui qu’en poïst. In de oude vorm uit 1218 van Quicampois in Bazuel (Nord) is dit zinnetje nog goed herkenbaar: molendinum quod Quikenpoist appellatur – ‘de molen die Quikenpoist genoemd wordt’. De molenaar was niet altijd een geliefd figuur: niet bij de dorpelingen en ook niet bij zijn concurrent-molenaars als hij het broodnodige water tegenhield. Het zinnetje betekent ongeveer 'Wie het ook zij (aan) wie het mishaagt', dus: 'Jammer dan voor degenen die het niet bevalt'. En dat was zo: je moest je graan wel aan de molen laten malen, of je het nou leuk vond of niet. De rivier die door het Bretonse dorp Moulins (Ille-et-Vilaine) stroomt en waar vroeger meerdere watermolens actief waren heet de Quincampoix.
En tja, als molenaar aan een klein beekje wil je natuurlijk wel dat er water in je beekje zit, om het waterrad te laten draaien. Regen is dus meer dan van harte welkom: Écoute s’il pleut … 'Luister eens of het regent?' Je ziet als het ware de molenaar zijn oren spitsen, om te luisteren of het al regent. Ook dit zinnetje is in het landschap terechtgekomen als toponiem, altijd voor een (voormalige) watermolen, bijvoorbeeld Écoute-S’il-Pleut in Savigny-sur-Braye (Loir-et-Cher), maar ook de boulevard de l’Écoute-S’il-Pleut te Évry (Essonne), bij Doué-la-Fontaine (Maine-et-Loire) vervormd tot Courcilpleu, dat in de huidige vorm ook uitgelegd zou kunnen worden met courir ‘rennen’: het beekje stroomt wanneer het regent.
---
Nog meer lezen over al die watermolens of ruimer geïnteresseerd in de herkomst van Franse plaatsnamen? Nog even geduld, over een maand verschijnt er bij Batavia Publishers een origineel boek over. Foto watermolen: Pixabay/Anne Wipf (detail).
Weergaven: 1016
_____________________________
☑️ Beste plaatser van dit bericht,
fijn dat je gebruik maakt van dit forum. Doe alsjeblieft mee met de discussie die volgt op je bericht! Reageer zelf op de reacties die anderen geven. Dat mag ook best een bedankje zijn.
_____________________________
Klik hieronder voor meer berichten in dezelfde rubriek.
Zo blijf je leren, dank Jeroen !
Mooi verhaal over een poëtische naam. Uit het liedje "Je me souviens":
Tombe la neige, écoute s'il pleut,
Des étincelles, des perles bleues,
Sanglotent au givre, fredonnent à peine,
Sur l'autre rive, vit la bohème.
Sanglotent au givre, fredonnent à peine,
Sur d'autres rives, vit la bohème.
<iframe width="560" height="315" src="https://www.youtube.com/embed/rybYcs09FBE" frameborder="0" allow="accelerometer; autoplay; encrypted-media; gyroscope; picture-in-picture" allowfullscreen></iframe>
Dank jullie wel, Hans & Wilsam ... ik blijf doorgaan en vind het altijd leuk om reacties te krijgen!
Ik moest al lachen toen ik de titel las! Ik was dan ook wat teleurgesteld Jeroen, dat je artikel slechts voor een klein gedeelte gaat over de naam van een dorp, waarvan er meerdere in Frankrijk bestaan, Ecoute-s'il pleut. In de Pyreneeën bestaat zelfs Escouteplouye en in de belgische provincie Luik Houte-si-plou.
Ik weet dat uiteraard niet uit mezelf, maar toen ik uit nieuwsgierigheid googelde op die naam, bleek dat al ruim een eeuw geleden (op 8, 12, 16 en 29 augustus 1918) Le Figaro ruim aandacht heeft besteed aan deze curieuze naam, naar aanleiding van een artikel in de britse krant The Observer. Daarin werd gemeld dat britse troepen tijdens de Eerste Wereldoorlog een dorp met de bijzondere naam Ecoute-s'il pleut waren tegengekomen. Le Figaro schrijft op 8 augustus 1918:
"Notre confrère anglais The Observer nous rappelle dans son dernier numéro que, dans un des coins de la grande bataille, il y a un petit hameau qui porte un des plus bizarres noms de la géographie française. Immédiatement à l'ouest de Château-Thierry, nos troupes cantonnent au village de “Écoute-s'il-pleut."
Naar aanleiding daarvan vraagt de redactie aan de lezers om een verklaring van de naam te geven. Dit resulteerde in een reeks van vier artikelen. Evenals jouw verhalen is die artikelenreeks leuk om te lezen. Hopelijk zelfs voor jou.
Dank je wel voor de link, Theodora, en dat 'hopelijk zelfs' mag je veranderen in 'zeker', want ik verorber dat soort teksten altijd met veel plezier.
En natuurlijk, ik had veel meer voorbeelden kunnen geven, dat klopt. Maar daar is een reden voor: meestal probeer ik al te lange opsommingen te vermijden omdat dat niet per se lekker leest. Als ik iets 'uitputtend' zou behandelen, dan lijkt me dat gauw 'uitputtend' voor de lezer ;-)
En tja, zegt ie dan, 'in het boek staan nog meer voorbeelden' ;-) niet van Écoute-S'il-Pleut overigens, maar wel veel andere molennamen. En dat zijn altijd keuzes, anders wordt het zo 'woordenboek'.
Hartelijke groet! -- Jeroen
Beste Jeroen,
Leuk artikeltje. Ik vermoed dat molenaars St. Médard hoog in hun vaandel hebben staan.
Het is de Franse ‘regenheilige’ . Er bestaat ook een aardig Frans kinderliedjes over St. Medard.
A le St Médard Oh oh il a plu... zoiets. Molenaars van windmolens hebben vast ook zo’n Heilige.
A la Saint-Médard mon Dieu qu'il a plu
Au coin du boul'vard et de la p'tit' rue.
A la Saint-Médard mon Dieu qu'il a plu
Y'aurait pas eu d'bar on était fichus !
A la Saint-Médard mon Dieu qu'on s'est plu
Tous deux au comptoir en buvant un jus.
A l'abri dans l'bar on s'est tell'ment plu
Qu'on est sortis tard quand il a plus plu.
Quand il pleut le jour de la Saint-Médard
Pendant quarant' jours faut prendr' son riflard.
Les marchands d'pépins et de waterproufs
Se frottent les mains, faut bien qu'ces gens bouff'nt !
Dans notr' petit bar on se retrouvait
A midi un quart et on attendait.
Quand il pleut dehors, dedans on est bien
Car pour le confort, la pluie ne vaut rien.
Pour tout arranger il a encor plu
La Saint-Barnabé oh ça tant et plus !
Pour bien nous sécher au bar on a bu
Trois jus arrosés puis on s'est replu.
Saint-Truc, Saint-Machin, toujours il pleuvait
Dans le bar du coin au sec on s'aimait.
Au bout d'quarant' jours quand il a fait beau
Notre histoir' d'amour est tombée dans l'eau.
Over windmolens bestaan veel chansons, zie hier. Ik heb er maar een uitgekozen:
En vanwege die regen is saint Médard (Medardus van Noyon) de beschermheilige van de landbouwers! (ziehier : https://nominis.cef.fr/contenus/saint/patron.html).
De molenaars schijnen er zelfs drie te hebben (ziehier : https://nominis.cef.fr/contenus/saint/patron/M-1.html). Ik wist het voor saint Blaise, niet voor sainte Catherine of saint Winnoc. Die laatste kwam oorspronkelijk uit Bretagne en heeft in Frans-Vlaanderen zijn naam nagelaten aan het stadje Sint-Winoksbergen, de Nederlandse naam van ... Bergues, welbekend van Bienvenue chez les Ch'tis.
Ik vermoed dat die website nominis.cef.fr (onderdeel van eglise.catholique.fr) jullie al snel tot het nodige grasduinen zal uitnodigen ;-) Fijne dag!
@ Dank Theodora .Leuk de tekst weer te zien. Je bent werkelijk van alle markten thuis en vingervlug met de computer. Bravo !
Je reactie hieronder, dit zijn de huisregels.
© 2024 Gemaakt door: Anton Noë, beheerder en gastheer. Verzorgd door
Banners | Een probleem rapporteren? | Privacybeleid | Algemene voorwaarden
Je moet lid zijn van Nederlanders.fr om reacties te kunnen toevoegen!
Wordt lid van Nederlanders.fr