Je continue ma route à travers le Vercors, dont le nom évoque pour tout Français le grand groupe de maquisards qui fit la vie dure à l'armée allemande avant d'être anéanti par une opération de très grande envergure. Les paysages sont époustouflants! Et la vue de ces vallées profondes me donnent un petit creux. Mais cette route, qui devait être très passante il y a un siècle, est maintenant délaissée, semble-t-il. Le 'menu rapide à 60 francs' n'est à l'évidence plus 'servi à toute heure'. Je passe mon chemin. La route n'est pas seulement délaissée, elle est aussi délabrée, affaissée. Une bonne pensée pour les cantonniers, qui par tous les temps veillent sur les routes de France. Tiens, voilà leur maison, aussi vieille que leur métier. Je me mets à chantonner cette ritournelle connue de tous les écoliers... Voici un résumé du texte, qui reste, lui, très actuel:
Sur la route de Louviers, il y avait un cantonnier
et qui cassait des tas d'cailloux
pour mettre sur l'passage des roues.
Une belle dame vint à passer dans un beau carrosse doré,
et qui lui dit "Pauv' cantonnier, tu fais un fichu métier!"
Le cantonnier lui répond:
"Faut qu'j'nourrissions nos garçons!
Si j'roulions carrosse comme vous,
j'casserions pas d'cailloux!"
Cette réponse se fait remarquer par sa grande simplicité,
ce qui prouve qu'les malheureux,
s'ils le sont, c'est malgré eux!
NL/ Ik vervolg mijn weg door de Vercors, wiens naam voor elke Fransman de grote groep maquisards oproept die het Duitse leger het leven zuur heeft gemaakt voordat het door een grootschalige operatie werd vernietigd. De landschappen zijn adembenemend! En de aanblik van deze diepe valleien geeft me een beetje trek. Maar deze weg, die een eeuw geleden wel erg druk moet zijn geweest, is nu verlaten, zo lijkt het. Het 'menu rapide à 60 francs' wordt duidelijk niet meer 'servi à toute heure'. Ik ga verder. De weg is niet alleen verwaarloosd, maar ook hier een daar ingestort. Een goede gedachte voor de 'cantonniers', die bij alle weersomstandigheden over de wegen van Frankrijk waken. Hier is hun huis, zo oud als hun vak. Ik begin het van alle schoolkinderen bekend liedje te zingen... Hier is een samenvatting van de tekst, die zeer actueel blijft:
Op de weg naar Louviers stond er een wegwerker
die steen aan het breken was om voor de rijtuigen de weg begaanbaar te maken.
Een mooie dame kwam langs in een prachtige gouden koets,
en zei, "Arme man, wat voor een rotwerk heb je!"
De wegwerker antwoordde haar:
"Ik moet onze jongens voeden!
Als ik in een koets als die van u reed,
Zou ik geen steen hoeven breken!"
Dit antwoord is opmerkelijk door zijn grote eenvoud,
wat bewijst dat de arme luien,
Als zij zo zijn, is het tegen hun wil!
Je moet lid zijn van Nederlanders.fr om reacties te kunnen toevoegen!
Wordt lid van Nederlanders.fr